Dominique Meeùs
Dernière modification le
retour à la table des matières
— au dossier marxisme
Het doel van elk front is het verenigen van een maximum aantal krachten in de strijd tegen de hoofdvijand(en). De geschiedenis is bijzonder rijk aan ervaringen van frontwerk. Een van de meest rijke ervaringen, is die van de Chinese Communistische Partij, in haar strijd tegen de Japanse p. 263bezetter en voor de volksdemocratie. Vanuit een klassenanalyse besloot de Chinese KP dat er objectief een alliantie mogelijk was met de nationalistische burgerij, vertegenwoordigd door Chiang Kai-shek en zijn Kwomintang. De Kwomintang werd geleid door rabiate anticommunisten, die meer oog hadden voor de strijd tegen het communisme dan voor die tegen de Japanse bezetter. Mao Zedong dwong de Kwomintang tot eenheidsfront met de Communistische Partij, ondanks herhaaldelijke gewapende confrontaties. Deze principiële eenheidsfrontpolitiek liet toe om zoveel mogelijk krachten te verenigen in de strijd tegen Japan en de anticommunistische krachten binnen het front te isoleren.
Hoewel de hoofdvijand en de objectieve situatie totaal verschillen, is er een analogie met de positie van de rechtse vakbondsleiders in het front. Als strijdsyndicalisten de anti-arbeidersactivisten van de rechtse vakbondsleiders bekritiseren, moet het duidelijk zijn dat ze dit doen met als doel de kracht en de eenheid van de vakbeweging te versterken. Uit onze analyse volgt dat zelfs de rechtse vakbondsleiding niet op gelijke voet gesteld kan worden met het patronaat, dat er een onderscheid is tussen top en basis, tussen rechtse en linkse krachten binnen de top. Deze tegenstellingen zijn belangrijk en moeten ertoe aanzetten om vooral de meest rechtse fractie te viseren en altijd de poort open te houden voor evolutie. In de kritiek op de rechtse krachten is het van het grootste belang steeds een alternatief te formuleren, om positieve kritiek te ontwikkelen die de massa tegelijk een perspectief geeft.