Dominique Meeùs

Dernière modification le   

retour à la table des matièresau dossier marxisme

732.
Geen illusies

De meerderheid van de nationale vakbondsleiding heeft in het verleden standvastig gekozen voor de burgerij en niets wijst erop dat dit in de toekomst anders zal zijn. Progressieve en revolutionaire krachten mogen deze verknochtheid aan het systeem niet onderschatten. Het is een illusie te denken dat de vakbondsleiding wel zal bijdraaien naargelang de strijd heviger wordt. Over de conclusies die daaruit moeten getrokken worden schreef Lenin 70 jaar geleden het volgende: “In het Westen hebben de mensjewieken van ginds zich veel sterker in de vakverenigingen ‘genesteld’, daar is een veel sterkere laag van een beroepsmatig beperkte, geborneerde, zelfzuchtige, versteende, egoïstische, kleinburgerlijke, imperialistisch gezinde en door het imperialisme omgekochte, door het imperialisme gedemoraliseerde ‘arbeidersaristocratie’ ontstaan dan bij ons. Dat is onbetwistbaar. De strijd tegen [deze] lieden […] moet meedogenloos en, zoals wij het gedaan hebben, consequent tot het einde worden gevoerd, tot het volledig in diskrediet brengen van alle onverbeterlijke leiders van het opportunisme en sociaalchauvinisme en tot hun verdrijving uit de vakverenigingen. Men kan de politieke macht niet veroveren (en men moet niet proberen de politieke macht te grijpen), zolang deze strijd niet een zekere hoogte heeft bereikt …” (De ‘linkse stroming’, een kinderziekte van het communisme.) Deze ‘zekere hoogte’ is afhankelijk van de objectieve toestand, van de krachtsverhoudingen en dus in elk land verschillend.

De ervaring leert dat naargelang de klassenstrijd scherpere vormen aanneemt, de massa’s hun eigen leiders naar voor duwen en andere zogenaamde ‘leiders’ wraken. De afzetting van de rechtse PMB-secretaris Van Assel in Gent werd unaniem beslist door een statutair congres in 1987. Jarenlang voerde PMB-secretaris van Antwerpen, John Vanden Eynde, een waar schrikbewind tegen alles wat strijdbaar was, tot hij werd p. 261uitgejouwd tijdens de Boelstaking van 1981. Na de mijnstakingen van 1986 en 1987 probeerde de secretaris van de mijncentrale, Baeyens, zijn revanche te nemen door vier linkse délégués buiten te gooien. Bij een bezetting van de vakbondslokalen moest hij hierop terugkomen en werd hij ei zo na zelf afgezet (juni 1987). Ook Houthuys kwam op het einde van zijn mandaat meer en meer in moeilijkheden. Hij werd verschillende keren door de Algemene ACV-Raad teruggefloten voor zijn bedenkelijk optreden als regeringswoordvoerder en in verschillende moties van ACV-kernen werd zijn ontslag geëist. Het spreekt voor zich dat de vakbond alleen maar wordt versterkt door zich te ontdoen van figuren die er niet thuishoren. Het vervangen van ideologisch en/of materieel gecorrumpeerde elementen is een goede zaak.