Dominique Meeùs
Dernière modification le
retour à la table des matières
— au dossier marxisme
De klasseoorsprong van de vakbondsleiders is in sommige gevallen de arbeidersklasse en in toenemende mate de intellectuele kleinburgerij.
* Een deel van de vakbondsleiders is uit de arbeidersrangen opgeklommen en heeft de trappen van het syndicale apparaat doorlopen. Typerend daarvoor was de generatie ACV-vakbondsleiders uit de Cardijn-scholen. In beide vakbonden vindt men ze doorgaans meer in de beroepscentrales dan in de interprofessionele structuren. Die achtergrond op zich is natuurlijk geen garantie voor een proletarisch klassenstandpunt. Vaak vindt men hier zelfs de meest fanatieke, al of niet ideologisch gemotiveerde voorstanders van de klassensamenwerking.
* Een groeiend deel wordt tegenwoordig gerekruteerd uit kleinburgerlijke intellectuele middens en heeft nooit de uitbuiting gekend. Daardoor groeit langzaam maar zeker een overwicht aan technocratische kaders, zonder enige proletarische achtergrond. De huidige samenstelling maakt het apparaat vatbaarder voor allerlei stromingen van ‘managerssyndicalisme’.
Het milieu bepaalt wel degelijk de denkwijze en de wereldvisie. Daarom huldigt elke marxistische organisatie het beginsel van de omvorming van de wereldopvatting, om zijn denken conform te maken aan de klassenrealiteit en de klassenstrijd. Dit beginsel is in de vakbonden onbekend en de vele kleinburgerlijke ‘denkers’ die zich sociaal dienstbaar willen maken, projecteren hun eigen subjectieve klasseopstelling en twijfels op de arbeidersklasse. Het verwerven van een proletarisch klassestandpunt vereist een openheid voor het dialectisch en historisch materialisme en een scholing in de theorie van het wetenschappelijke socialisme.