Dominique Meeùs
Dernière modification le
retour à la table des matières
— au dossier marxisme
Vooral het afspringen van het sociaal overleg wordt door vele vakbondsleiders zwaar betreurd. Voor de meest rechtse krachten is dit het enige wat telt: zij willen als verantwoordelijke partners beschouwd worden en willen meezoeken naar oplossingen. “Vroeger konden onze voorgangers Gust Cool en Louis Major op de moeilijke momenten over de sociale zekerheid, de productiviteit of de sociale programmatie akkoorden met de werkgevers maken”, betreurt Houthuys, en “Het is juist in deze periode van sociale omwenteling dat men de ideologische obstakels zou moeten overwinnen. […] Hoezeer wij ook op ideologisch vlak verdeeld zijn, wij zullen de crisis slechts kunnen overwinnen door een consensus, niet door p. 13klassenstrijd of doctrinaire stellingen.”8
Het kapotgaan van het sociaal overleg beschouwen ze als het grootste gevaar voor de vakbeweging. Om dit overleg te herstellen, om tot een nieuw sociaal pact te komen zijn ze bereid om op de knieën te kruipen. Ze smeken om interprofessionele akkoorden en zijn tevreden met de minste schijn van toegeving.
De links reformistische vleugel hoopt eveneens op het herstel van het overleg, maar legt de verantwoordelijkheid voor het afbreken ervan bij het patronaat en de regering. Georges Debunne: “Het is waar dat de sociale relaties moeilijker geworden zijn. Waarom? Als alles goed gaat, als de te verdelen taart groter wordt, heeft iedereen de indruk dat ook zijn stuk groeit, zelfs als het proportioneel hetzelfde blijft. Als we op dat ogenblik met structuurhervormingen afkomen, als we onze ongerustheid over de toekomst uitdrukken zegt men ons: ‘Kom nou! Zie hoe goed alles gaat, hoe tevreden iedereen is. Waarom veranderen wat goed is?’ Men bekijkt ons als onheilsprofeten. Maar als niets nog gaat, zoals vandaag het geval is, zegt men ons: ‘Opgepast! We zitten allen in dezelfde boot. Laat ons allemaal solidair zijn, laten we samen een inspanning doen. En matig uw eisen. Spreek vooral niet over hervormingen! Het is niet het juiste moment, we zullen daarover spreken als het beter gaat.’ En tegelijk voert het patronaat een aanval tegen de koopkracht van de zwaksten. Hoe kan men dan verwonderd zijn dat de sociale relaties moeilijker zijn geworden?”9
Deze linkervleugel is niet bereid mee te werken aan de afbraakpolitiek om kost wat kost het overleg te doen slagen. Het ABVV wijst een interprofessioneel akkoord af in 1982 en 1984 en weigert elk overleg over de index in 1981-1982. Het is duidelijk dat niet alle vakbondsverantwoordelijken op dezelfde golflengte zitten.